Siu Yin, laatstejaars student industriële ecologie aan de TU Delft en Universiteit Leiden, doet mee aan het LDE Thesis Lab ‘Sustainable Energy in Horticulture’. Als jonge onderzoeker kijkt hij graag naar het héle plaatje. “Daarom is het zo mooi om mee te doen aan het Lab: ik doe ideeën op waar ik zelf nooit op was gekomen.”

In zijn master thesis onderzoekt Siu de milieu-impact van verschillende energietechnologieën die tuinders gebruiken. “Er zijn verschillende alternatieven voor fossiel, zoals aardwarmte en elektrificatie met warmtepompen, zonnepanelen, of windmolens. Hoe weet je welke keuze, of combinatie van keuzes, de minste impact heeft? Ik maak dat inzichtelijk, met een Life-Cycle Assessment (LCA).”
Siu gebruikt een model dat verschillende impact categorieën meet. “Want stel: je gebruikt geen gas meer. Dan heb je ook geen CO2 meer, die vrijkomt bij de gasverbranding. Die CO2 is nodig om planten bij te voeden, die moet je dus ergens anders vandaan halen. Dat heeft óók impact. Deze LCA maakt dat inzichtelijk. Het laat zien wat de weerslag is op waterverbruik, natuur, landgebruik, op allerlei vlakken. Zo’n brede kijk is belangrijk, want vaak wordt wel gekeken naar de impact van het directe gebruik van grondstoffen, maar veel minder naar het verbruik dat heeft plaatsgevonden vóórdat iets wordt gebruikt.

De werkbezoeken aan Tomato World en het World Horti Centre waren echt inzichtgevend.”
Nieuwe mogelijkheden
In het Lab blijft Siu ook zijn eigen zijn blik verbreden. “Verrassende ideeën zijn langsgekomen: wat als tuinders zich veel meer zouden verenigingen in energiecoöperaties. Warmte die ontstaat bij de productie van waterstof kan via een netwerk naar de kas worden geleid. Je zou kunnen berekenen welk deel van de milieu-impact voor de productie van waterstof en de aanleg van het grid je zou kunnen toeschrijven aan de tuinders en daarmee hun werkelijke bijdrage aan meer duurzaamheid kunnen vaststellen. Tijdens een werkbezoek aan het World Horti Centre spraken we hierover, een heel interessante discussie.”
Siu: “Door de gesprekken bij Tomato World zag ik in hoe belangrijk de sector is voor de Nederlandse economie en hoe ver de sector technologisch al is. Met de inzet van artificial intelligence om CO2 en warmte nauwkeurig toe te dienen, bijvoorbeeld. Ik zag een foto van een staaf tomatenzaadjes, naast een goudstaaf. Ze hadden eenzelfde waarde. De hele geschiedenis van zaadveredeling en tuinderij was mij onbekend. Erg leerzaam om het daar met studenten van andere opleiding over te hebben, ook met mensen die bezig zijn met innovatie en management.”

Zou je de methode van Life-Cycle Assessment ook kunnen toepassen op geld?”
Waar zit de impact?
Het is hoopgevend te zien dat er zoveel mogelijkheden zijn om te verduurzamen, vindt Siu. Maar al die mogelijkheden roepen ook nieuwe vragen op. “Ik zie veel onzekerheid bij ondernemers die we hebben gesproken. Zij moeten grote investeringen doen. Is het economisch wel rendabel? Werkt het ook echt? Er komen steeds weer nieuwe innovaties bij, die misschien wel beter zijn. De overheid probeert ondernemers te stimuleren met subsidies. Dat heeft mij aan het denken gezet. Ik ben thuis in Life-Cycle Assessment. Daar leer je dat bij elke keuze die je ánders maakt ook de impact opschuift. Dat geldt ook voor risico’s lijkt mij. Wat zou je zien als je met die bril op naar subsidiestromen zou kijken?”
